Op een tafel ligt daar die hand. Een schone dit keer. Eentje
met om de pols een strakke armband waaraan
een frêle blaadje bungelt. Een losse hand waarvan je weet
hoe en dat de arm er achteraan hangt, je ziet
de spieren en aderen lopen, je weet wat hij kan doen. Een
sterke hand, een grote hand, eentje waarin je
past, passen zou, passen kan. Je blijft maar kijken, je wacht
op een beweging. De tafel kan in tweeën vallen.
Je zou het blaadje voorzichtig strelen, daarmee beginnen. Er
zou geluid volgen, vingers zouden zich krommen
misschien, de pols zou zich verheffen, dit hoekje van de tafel
zou niet groot genoeg zijn. Een vochtige afdruk
zou achterblijven, je zou je eigen hand daarop leggen. Je zou
je hele lijf daar achteraan gooien. Een trillende boom.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x