Het meisje aan de andere kant van de lijn vraagt hoe of zij
het vinden maar zij vinden niets, antwoord ik.

Het doet er gewoon niet toe. Mevrouw S. heeft wel onthouden
dat ik ook schrijf maar ik brei ook en ik heb ook

een vader gehad die te snel reed. Mevrouw Z. zegt simpelweg
dat zij het voor zich houdt, bij de heer E. is alles

een geheim en de heer B. tenslotte is de enige die wel eens
rijmt. Bovendien vergeten ze in een week hun

halve leven dus of er nu ergens te A. een boekje ligt waarin
zij de hoofdrol spelen, maakt niets uit. Leuk

misschien, in de zin van het kind dat zijn moeder een tekening
laat zien en zij die zegt ‘maak er nog maar een’.

Het meisje blijft even enthousiast, het is toch hartstikke tof
allemaal, en heet het nu Reuring? Ach, ze bedoelt het goed.