Mevrouw E. had haar zien vallen, zo voorover gekukeld uit
de rolstoel en ze was behalve in huilen ook in

lachen uitgebarsten want het leek, echt waar, iets grappigs
uit een film en toen had ze de deur weer

dichtgetrokken. Mevrouw V. had niets gezegd, alleen haar
linkerbeen recht gelegd en ook aan een film gedacht

maar niet gelachen. Niet gehuild ook. Ze plaste in haar broek
en was van plan geen vin meer te verroeren. Sowieso

had ze geen zin in de burgemeester die volgende week zou
komen of misschien morgen al omdat ze ook niet

wist in welke stad ze woonde en ze vond het vreselijk zich te
vergissen. Heel rustig wachtte ze tot de deur weer

openging maar bewegen deed ze niet meer. Ze waren laat met
de thee die middag.