Gisteren hield hij beide handjes omhoog voor het aantal toetjes,
vandaag telt hij hoeveel nachtjes ik moet komen.

Hij ligt alvast op de bank tussen boeken en knuffels, de auto’s
geparkeerd in de vensterbank, zijn ene vinger,

nog zoveel kleiner dan op de foto, zweeft al boven het knopje
dat de dino serie start en de ander prikt al bijna

in mijn buik, granny, zegt hij en dan volgt een fantasy waarin
de grootste dieren ooit terugkomen met ons

in de hoofdrol. Zijn broertje houdt vol dat hij een baby is, iets
dat hij nauwelijks gelooft want hij praat, zo

zegt hij mij, behoorlijk goed, en uit het schattig wiegen van die
kleine schuilt inderdaad vooral excuus voor het vergrijp:

alle boeken van de avonturier liggen onder de bank in plaats van
in de kast en de treats zijn ook spoorloos verdwenen.