Ze heeft maar drie woordjes nodig, zegt ze, en omdat ik iemand
ben van de woorden, had ze zo gedacht dat, en

ik knik, natuurlijk, ik doe mijn best maar samenvatten wat ze wil
zeggen met haar kunst lukt alleen met die

kunst zelf, ik kan er niets aan toevoegen. Maar mensen moeten
het gaan kopen, roept ze nog. Dichters

ruilen vaak, na afloop smoezen ze wat bij elkaar en steken elkaar
hun bundel toe. Zelden wordt er afgerekend,

vertel ik, en toch is de flaptekst wervend, we worden geciteerd
en aangeprezen en eindeloos herhaald. Dat

is niet hetzelfde, meent ze. Als ik mijn ogen dichtdoe, zie ik wat
er met de inhoud gebeurt, als ik mijn ogen

openhoud trouwens ook. In haar etsen springt een lichtvlekje op
en neer, het draagt een klein vaandel met daarop…..