Alle informatie die verzameld wordt, komt in geen
gesprek meer terug of wel maar dan half en

met verkeerde naam, geen naam, andere toespeling
en verontschuldigende lach. Hetzelfde

gebeurt met het volgend boek, wie gaat het lezen?
De lange haalt zijn schouders op, de

kleine zegt beslist toe en gebruikt nu al heel veel
woorden voor een compliment, de

oudste schuift het door naar de volgende generatie.
Zij waren de opdrachtgevers. Het lijkt

een bezigheidstherapie, een balletje opgooien dat
de ouder dan moet zien te vangen. Die

doet alsof ze een hondje is en kwispelt, blaffen kan
niet meer vanwege haar vangst.