Now I wish I could write you a melody so plain, That could hold you dear lady from going insane (Bob Dylan, Tombstone Blues)

niemand mag er mee

In de beddensprei haakten zich gekleurde beesten van
allerlei vorm en grootte die langzaam zich

verspreidden richting zijn hoofd terwijl daarboven over
het plafond een gelatineachtige massa probeerde

zich los te laten, bijna drupte op zijn lijf, en de muren
nauwer om hem heen sloten, steeds dichterbij

kwamen alsof hij, bijna misselijk, zijn ogen stijf hield
terwijl hij zijn benen over de rand van het

enorme bed gooide maar nergens de vloer vond en met
heel lange poten zelf het dier leek waar hij

het bangst voor was, losgelaten door grijnzende engelen
met vorken hooggeheven langs gezichten

waarbinnen gaten al het redelijke vervingen, zijn vingers
opeens de klauwen van het nachtelijk monster.

Zoiets gebeurt, zei de zuster geruststellend in de ochtend,
en haalde twee van de vier pillen uit zijn bakje.

« »