Als ik met mijn hand door de bak met pruimen ga en een
voor een het fruit oppak, zie ik de rijpe vruchten op
het tuinpad van mijn ouders, zwaar van boven gevallen en
uit elkaar, de pit zichtbaar, nest van wespen en
vliegen, mieren, voetafdrukken van slippende haastige
voorbijgangers, de kleur uitgespreid tot in de
grasstrook aan de zijkant. Ik zie de volle schort van mijn
mamma en de blauwpaarse vlekken aan mijn
vingers, ik snijd de vruchten doormidden en wip de kern
eruit en zij sjouwt met de pan en maakt ons jam
tot in de volgende winter. Nu tel ik er zeven, zeventien dan
en reken ze af en wacht tot de kleur diep is en
de huid zacht en zoek met mijn tong het hart en spuug heel
zeker en ver naar beneden de nieuwe oogst.
elbert gonggrijp
21 augustus 2017 — 12:53
Heerlijk om door je zo scherp voor het oog te krijgen beelden meegevoerd te worden in heden en verleden. Daarin ligt echt je kracht. Een vraagje: bij het laatste zie ik je een pruimenpit naar beneden spugen van je balkon. Klopt dat? Dan vind ik dit uiterst komisch….
Lieve groetjes,
je toegenegen fan,
Elbert
alja
21 augustus 2017 — 14:27
of kersenpit of slak (maar niet uit mijn mond), strootjes, halve plant, zwaai, je toegenegen dichter