“Hij reed rond, huilde, en bedacht dat hij nooit iemand had gevraagd om op zo’n hardvochtige manier van hem te houden. Ja, ze hielden wel van hem, maar ze begrepen niet dat terwijl iemand liefhebben je vervult, het liefgehad worden je leegzuigt, want degene die je liefheeft doet niets anders dan zich voeden met jou, met het beste wat je in je hebt; en dag in dag uit verteert hij je, berooft hij je, tot er een lege schil overblijft waaruit de geheimen, het sap, het leven zijn weggezogen.”

Oriana Fallaci, uit: Penelope trekt ten strijde.