Ook de jongen die, schuin opkijkend naar
Zijn moeder, besloot bij

Thuiskomst wormen te gaan steken in de
Tuin na het lezen van mijn

Insecten, bladpropellers, mollen en vallende
Vogels uit de bomen rond

Mijn huis alsook de pubermeisjes die giechelden
Zodra ik de stoere klasgenoten langszij

Aanried gedichtjes voor Haar te maken of
Hem en daarna vroegen of ik

Alles zelf gemaakt had alsook de Heer die
Aarzelend opkeek naar zijn

Echtgenote bij het neerdalen van ‘Zijn pracht’:
Ze hadden oren en

Handen en zwaaiden na afloop maar kwamen
Eigenlijk alleen

Voor de eerste kastanjes, de eerste zoen, niet
De laatste versie