Zoals op de foto waarop hij met opgerolde
Hemdsmouwen en zelfverzekerde blik in de
Zon staat, zo stond mijn vader
Te midden van een gezelschap en zei dat ik
‘te nauw’ was zodat ik me omdraaide en weg
Liep en niet meer sprak en
Zoals in het boek waarin ze elkaar ontmoeten
Staat ook mijn lief daar en lacht onnozel, ik
Gooi hem mijn handen vol toe
Het zijn broodkruimels die ik verzameld heb
En ze vallen op straat alvorens hem te raken
Witte vlokken
Dan loop ik uren en uren en zie hen niet terug
Ik schuil in een vreemde stad, draag lange
Ruisende rokken en huil de hele dag
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x