Zijn boot een open rondvaartboot, kinderen
Klauteren over de stoelen

Zijn vrouwen verborgen onder een luik in
Het ruim, ze leven

In vrede, ze herkennen me, ik laat me naar
Binnen zakken, ze vertellen

Over de theeschenkende vrouw waarmee je
Het nu doet, het kabouterhuis

Op de hippiegronden, Oosterse wijsheden
De balans alsof je

Onder je boot een nieuwe stalen constructie
Maakte waarmee hij

Nog sneller door het water glijdt, boos verknip
Ik een t-shirt tot repen zodat

Een kind nog mij omhoog kan hijsen uit het
Hok, dan ben jij dat kind

Verlegen kijk je me aan, je zit op je knieën
Tussen het speelgoed op het dek