Mijn handen sluiten mij zoals hij dat deed
En niet alleen bij het
Oversteken en naderen van gevaar, mijn
Armen dragen mij en niet alleen
Van het ene bed naar de grond, de aarde
De vloer van zijn bewegend
Huis, het dak dat door de blauwe wateren
Bijna tegen de
Hemel botst, mijn benen rennen mij, bijna
Buiten adem
Van hot naar her, ver van hem weg en dan
Zomaar weer bijna
Terug, onbeweeglijk was dat blauw, die ene
Ster nooit gevallen
Ab Ovo
2 april 2014 — 10:10
Welk een wonderschoon golfje
je zou haast geneigd raken
even in de zee te wippen