Now I wish I could write you a melody so plain, That could hold you dear lady from going insane (Bob Dylan, Tombstone Blues)

willekeur

De weilanden onderweg, de stralen zon
En de kleine kudde vee, het restant gemaaid
Gras dat me tot de volgende bocht volgt

De losse hond die me tegemoet rent en
De fietser die op zijn mobiel kijkt en de
Berm inrijdt, de hardloper in een schreeuwende

Kleur, de molen naast de staketsels van een
Nieuwe loods, het zilveren water tussen het
Wuivend riet, de auto’s op

De naburige weg, de droom waarin hij
Dozen met waxinelichtjes in zijn keukenkast
Heeft staan

En mensen herbergt in een huis dat ik niet
Ken, het eten uit zijn handen laat vallen als
Hij mij ontwaart, dat alles

Past niet binnen het kleine kader van de camera
Die ik me kocht maar valt ruimschoots in het
Beeld dat mijn ogen vormen

 

 

« »