Terwijl de dichter mij bezoekt en praat over onze
Gedrevenheid, sluipt een oude bezoeker opnieuw
In mijn huid: dwars

Veeleisend en verrassend klemt hij zich vast tussen
Borst en buik, hart en ziel, lijf en leden, het is tijd
Blijkbaar terwijl

In mijn hoofd alle nog lopende zaken afgehandeld
Worden tot niets en nergens en ik uitstel vraag:
Voor alles, bij iedereen

Genade is later, is de slaap, is de terugkeer van
Beweging, is het strekken van, maar vergeving is
Eerder: kijk, daar

Ging ik door de tijd, ik schreef, ik was begeesterd
Men bezocht mij, men sprak over mijn passie, men
Deelde mij