Terwijl zijn moeder in een fluwelen jurkje (kippenvel als je
de verkeerde kant opstrijkt) onder de kandelaars

staat te zingen, glitters langs haar ogen, aait L. (7) de gladde
en koude huid van een slang, wiens tongetje gelukkig

de andere kant op wijst, een reuze feest heeft hij maar met
heimwee denken we aan de disco van het eind

van de zomer waarbij hij zijn glitternagellak liet drogen boven
de Donald Duck en ik hem nog moest voorlezen, de

winter nog ver en beesten van enorme afmetingen nog veilig
in de dierenwinkel. Hij keek toen even serieus

als nu, alleen reageert hij natuurlijk niet op mijn gezwaai vandaag.
Zoals bij elke vakantie groeien ze enorm, al zijn

zegt S. (9) de chips te slap, en is dit natuurlijk geen vakantie.
Dat weet je toch hé? Wil jij misschien de lizard op schoot?