Het is duidelijk dat de heer L. ook iets met poëzie doet,
ik verbeeld me zelfs dat zijn lijf beweegt op

het ritme waarin ik lees, in mijn linkerooghoek vleit hij
zich zelfs over tafel terwijl zijn gymschoenen

in de lucht steken. Mevrouw X. draagt een donkere bril,
haar hoofd splijt bij licht, zegt ze zoals haar hart

gespleten is maar door iets anders. Haar rollator staat niet
op de gewone plek bij de deur maar pal naast

haar alsof ze ieder moment ontsnappen wil. Dat doet haar
buurvrouw, mevrouw K. Heeft ze eerst de hele

zaal in haar eentje bewaakt, wel een uur lang, nu bezet
ze de eetkamer en wacht. Haar ene oog zegt

iets anders dan het andere. De rest van de groep blijft
zomaar extra lang, komt u ook op de televisie,

vraagt de heer L.?