Het verzinnen moet binnen de vaste lijnen die bij elk
oppervlak terugkomen: zestien stoeptegels bij

de achterdeur, vierendertig bij de garagedeur, een
laag hekje na de schutting zodat nog even

de buurvrouw gegroet kan worden en een verstopplekje
tussen schuur en buitenpoort zodat een

kind nog even zoek kan zijn voordat eet- en slaaptijd
misschien ook wel gelijktijdig afgekondigd wordt.

Zestien tuinen naast elkaar met spiegelende deuren
waarin kleine vierkanten zich nog

onbespied wanen: tussen touwtjes ligt de aarde die
geheel naar eigen keuze bewerkt kan worden.

Wij hopen op snelgroeiende oerwoudbomen met
slingerende lianen en heel grote dahlia’s en

tuinmannen natuurlijk die op hun knieën voor ons
liggen, elk in een strakgesneden broek.