Vandaag corrigeerde ik gisteren. Ik nam dezelfde
route maar dan omgekeerd en vond haar.

Hij herkende mij niet, ik hem wel. Hij had dus
hetzelfde moeten doen als ik deed

in dat weiland daar. De vogels tellen, de schaduwen
van de bomen in het water, hoeveel

lange bochten er nog zouden volgen of hoe oud
ik toen eigenlijk was en hij nu zou zijn.

Er zit een wetmatigheid in alles. Ik kwam behouden
thuis hoewel zwetend en met enorme kleur.

Er stond een vogelverschrikker in het kaal gegraasd
veld, een auto zonder wielen in de

zachte berm, ik registreerde alles en ook hoe hij
verschoven was en niet alleen in tijd.