Zijn hand of eigenlijk maar twee vingers
draait in langzame cirkels over haar warme
huid, het is een onvermijdelijke en
toch hulpeloze aanraking. Zij concentreert
zich op dat ene plekje terwijl de rest van
haar lijf hunkert. Ze kan zich
nauwelijks bewegen terwijl ze zeker weet
dat hij niets merkt van een langzame verschuiving,
misschien zelfs niet van
deze handeling. Haar vingers zouden dansen,
tikken misschien op de maat van, plagend
duwen en raadsels geven.
Hij zou niets weten van konijnen in het gras,
scheve kerktorens of doorboorde hartjes.
Als zij het zou vragen, zou hij
antwoorden: een zonnetje boven de bergen.
Zij zou omkomen in het landschap, bliksem
zou haar verschroeien.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x