Met mijn ogen dicht leun ik tegen de lage
Nieuw bestreken wanden, de vage streken
Later op mijn jas
Bepalen mijn aanwezigheid, met mijn handen
Gevouwen probeer ik de juiste plek te vinden
Voor alle andere rituelen
Zo ga ik van kamer naar kamer en trek mijn
Jas niet uit, zo vertrek ik weer, storm langs
De molens, schapen
In het gras, loslopende honden op het pad
Om dan thuis de hoge witte wanden te bevoelen
En de ruimte in te ademen
Die pad noch wind, herkomst noch toekomst
Me gaf, ik moet de vensters openen, mezelf
Maar andermaal ben ik
Pelgrim die zeven rondjes loopt om haar kerk
k
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x