De kleuren waren haar opgevallen, nog geen
Paradijsvogel maar

Een ontsnapte winterkoning of een parmantige
Goudvink die

Vanuit het bos met de zwarte bomen naar
Boven was gevlogen

Haar onder scheet met een nauwkeurigheid
Vanuit de drie cirkels boven haar

Een nieuwe fase zeker, zei zij en dan dat de
Meeste vrouwen

Op middelbare leeftijd juist zich gedekt houden
Met donkerblauw, nachtschade

Op een uitgedijd lijf, voeten te groot om nog
Eenmaal op te stijgen