In de droom verdwijn ik steeds met een vol
Dienblad, me bewust van die enige taak terwijl
Ik zoveel mogelijkheden heb:

Er drijft een grijze heer in het badwater die
Met me spelen wil, er is een ongeduldige chauffeur
Die uit rijden wil, beiden met

Excuus dat het voor mijn eigen bestwil is, er
Is muziek en glazen ballen rollen over gespierde
Armen, ik zie ons

Weerspiegeld, ik leeg het dienblad en loop opnieuw
Met een overvolle arm terug hoewel er geen gasten
Zijn, geen etensresten, nergens

Drankgelag, er is een bal die op de grond stuitert
En voor me neervalt, kopjes, borden en bestek
Kletteren ineen als ik over het glas spring