Ze verzamelde vragen en stapte stevig door, omzeilde gaten
in de weg en poep op straat, de bril nog in het haar

en ergens onder haar oksel een microfoon met een hoesje van
een warme winterstof, alle bijgeluiden moesten

geëlimineerd en over twijfel werd niet gesproken. Zo liep ze
ook niet. Ze kwam voor in een droom vannacht

maar wat ze daar echt deed? Wakker was er het idee nooit
meer te zullen schrijven, af te wijken van een norm

die door onszelf gesteld was, maar dat hing meer samen met
de achtervolging, schoten en een brandend huis,

zij zou te laat komen, niemand vroeg om conclusies en voor
een thema was geen ruimte. Een kind huilde,

een haan kraaide, de ochtend was grijs, de handen bleven boven
het toetsenbord hangen en zochten antwoorden.