Om de hand te vinden die daar liggen zou, bijna per ongeluk,
dat vinden, dat liggen en dan te voelen zonder
te bewegen tot de onderste huid en de stijve spieren en de botten
en het blauwachtige waas van de aderen
zich keren en de vingers spreiden waartussen de bovenste hand
de onderste wordt en een geheel tot weer
even terloops losgelaten wordt. Om in dat vinden de rest te zien,
hangend aan de arm, in de kromming van het lijf,
bovenop de hals, tussen het laken verscholen, ogen die wennen
aan het donker en voor het strelen uit
de welvingen en plooien verkennen, de harde en zachte wegen,
de droom of het doen alsof en eerst, alsof het
nooit eerder gedaan is, van de neus afglijden en springen in de
reeds half geopende mond.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x