Bladeren gespreid als vingers, takken als armen,
overvol draagt zij het kleverig groen en
verbergt de vogels, zwart, de huizen, rood, de
harde geluiden, wit, de hemel, leeg. Onder
haar het natte gras en de restanten van ons verblijf
hier, logeerpartijen rond de stam, overleg
met de dieren, uitwisseling van geuren. Ze wuiven
langzaam mijn kant op. De kinderen spelen
in de huizen, regen in hun verlaten attributen, de
laarsjes, geel, uitgeschopt bij de achterdeur.
Rechte lijnen grijs die dwars door bloesem en
eigenwijze moeders lopen, licht geopend
als een paraplu die, roze, aan het hek hangt, hun
sigaret het offer naar boven, handen hoog.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x