Now I wish I could write you a melody so plain, That could hold you dear lady from going insane (Bob Dylan, Tombstone Blues)

bij de achterdeur

Ik had gezegd ‘tot morgen’ en toch draaide ik
Deze ochtend mij om voordat de

Trein binnengleed, ik dacht dat niemand mij
Gezien had nog dus

Liep ik door straten die nog onbekend waren
En toch vol huizen en mensen en auto’s en

Droomde over het grintpad thuis of hoe mijn
Pappa daar aan kwam rijden terwijl

Ik met bungelende benen op het tuinhek zat
En dan vroeg ik

moet je morgen weer weg’ omdat ik hoopte
Dat ik mee mocht

Misschien dat ik daarom nu thuis bleef, mijn
Mamma’s zachte blik

Waarin de lieve ogen zo vriendelijk half dicht
Bleven, het knerpend grint

Onder onze voeten en dan moeten afslaan nog
Naar een straat die je niet kent

 

 

« »