Als dan de stilte voelbaar is, wankel ik en
Val voorover dus niet langszij waar ik zijn lijf
Zou vinden tenzij

Hij snel opzij zou stappen, zich bewust van
De strijd der elementen, de zuigende werking van
Mij

Men kucht wat, men zingt aarzelend de eerste
Woorden van, men verslikt zich, men verplaatst
Het gewicht naar

Het andere been, hazen schieten door de gaten
Graven holen onder ons, ik denk dat wij allen
Opgezogen worden door

Een los rakende steen, dan klapwiekt een vogel
Dan bouwt hij een huis, dan kom ik binnen door
De voordeur

(op 4 mei stond ik op de Dam de doden te herdenken)