Van jou geleerd, zegt hij vaak maar dat klopt niet. Van mij
mag je met je handen eten en dingen vergeten,

uren uitslapen en servies stukgooien tegen de muren, van mij
mag je alles nog een keer doen en je dan nog

vergissen, van mij mag je van de hoogste toren springen als
je maar een briefje achterlaat, van mij

hoef je niets, maar dat bedoel ik, zegt hij. Van jou geleerd,
denk ik bij elk open einde, bij elke terugreis,

bij elke nieuwe vriend, bij elke krul die langs mijn vinger strijkt,
bij elke foto en dat ik ook mag huilen maar

dat alles is niet belangrijk, toch, zolang je maar niet beweert
dat het goed is, op mijn schouder klopt, mijn lengte

meet en hoeveel mijn hart aankan, maar zwaaien vanuit de verte
en met halftoegeknepen ogen, dat kan.