Het invullen van de ander, het ongevraagd adviseren, richting
geven, opmerkingen plaatsen, het kaderen alsof

we ergens fietsen waar het niet mag, toeteren, de middelvinger
omhoog, raampje open en roepen, in het echt of

binnen de wereld online, tussen vreemden of vrienden, het zonder
te vragen vrijuit en hardop denken, zeggen, doen,

is zowel een verworvenheid als een doodzonde, goedbedoeld en
ergerlijk en zegt meer over degene met het raampje open

en de vinger omhoog dan de zwijgende fietser op het pad daar
tegenover, handen aan het stuur, geneigd tot

zwaaien, brood te gooien naar de eenden en onverwachts tussen
de huizen door te verdwijnen, de fiets in de berm en

zelf in het gras rollend en tot tien tellend en ademhalend pas weer
op te stappen als de zon onder is en de weg leeg.