Het dagelijks voeren van de beesten was het leukste aan
de vakantie, zeggen S. en L., en de chocolade

croissants voor hunzelf natuurlijk die ze elke ochtend bij
de bakker haalden, echt veel lekkerder dan die

uit hun eigen stad. En hun vriendinnetjes die als buren in
de tuin woonden, de kleine paardjes waar ze op

zaten, de geitjes die zo grappig sprongen. En hoe ze moesten
lachen om het taaltje van de mensen en hoe ze

gegroeid zijn in die paar weken net zoals hun mamma deed
vroeger na elke logeerpartij en hoe ik dan elke keer

weer opnieuw moest ruiken in haar nek en die van haar
broertjes om iets te ontdekken van daarvoor

terwijl ik hetzelfde gebleven was. Wat gaan we eten bij
jou, vragen S. en L., en kun je geen geitje nemen?