Terwijl haar fiets langzaam onder haar vandaan schuift, beweegt
zij zich op handen en voeten de tegenovergestelde
richting op. Een meneer kijkt toe, een auto stopt, drie kinderen rennen
achter haar langs, de fiets maakt een slome val
van de kade. Ze durft pas rechtop te gaan staan als ze bij de kijkende
man komt, hij helpt haar niet en zodra ze
overeind komt, is hij weg. De auto rijdt verder, zij doet alsof er geen
fiets verdwenen is, klopt wat op haar jas en haalt
een taartje in de supermarkt die ze tegen haar buik geklemd veilig
thuisbrengt. Daar huilt ze bij de koffie. Takke wind,
scheldt ze later. Op hetzelfde punt, tussen het gat van de huizenrij links
en de half afgebroken school rechts, ontmoet
de rollator van een oude heer ongewenst het lijf van een vloekende
scholiere. Jezus man, gilt ze, blijf toch binnen.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x