“Er zijn veel manieren om over een mensenleven te vertellen. Er is de ontwikkeling van het genie, geliefd bij de romantici. Er is de ontmaskering van het genie, geliefd bij wie na hen kwam. Er is de Odyssee-achtige zoektocht, het najagen van psychische stabiliteit, tegemoet treden van spoken en uitdrijven van demonen, het verhaal van overwonnen pijn, de onthulling van geheimen en de inspanning die het kostte deze verborgen te houden. Dat is wat biografieën vaak doen in een tijdperk dat gefascineerd is door de almacht van trauma’s: de levensbeschrijvingen stellen ons gerust dat trauma’s zich laten vaststellen en te boven komen, de schuldige doden en daders zich laten aanwijzen, de slachtoffers kunnen worden getroost. Maar deze genres en stijlfiguren duiden op de beperkingen en misschien ook wel de armoede van onze literaire verwachtingen en psychologische aannames. Hoe zou het zijn te vertellen over een leven dat in het teken stond van een ander, veel ouder thema: het streven naar tevredenheid en welzijn? Over een leven dat al generaties lang niet zozeer draaide om het lijden, de isolatie en eenzaamheid van authentieke individuen als wel om veerkracht en doorzettingsvermogen, de deugen van zwijgzaamheid, pragmatisme en het genoegen scheppen in kleine dingen?”

uit What you did not tell, Mark Mazower