Als de regen stopt, komen de vogels. Zwarte schaduwen
voorbij dit venster. Vleugels wiekend, krassend
over elkaar, dalend alsof de adem even ingehouden wordt,
dan met een zucht landend, verend
op het mos onder de enorme kastanjebomen. Cirkels van
vergeelde banen en zwarte, natte, nieuwe sporen.
Dat alles alleen als we staan en onze lippen tegen het venster
leggen. Een beetje alsof we weten dat
hij bestaat maar het niet noodzakelijk is hem te zien. Kusjes
drukkend op het glas maar niet tikkend op
de ramen onszelf kenbaar maken. Hartjes tekenen nadat we
ademen, misschien brood verzamelen en onze
losse polsen. Het glas echter gesloten houden, witte draden
van een tekening zichtbaar tot morgen.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x