Door erover te schrijven verandert het
perspectief. Allereerst is het handschrift
ontoegankelijk voor derden.

Vervolgens selecteert de intuïtie slechts
dat wat uitvergroot relativeert, belachelijk
maakt of weinig interessant.

Daarna is dat wat tussen de regels staat
alleen beschikbaar voor het geoefend
en onvermoeid oog. Lezend

denk ik alleen maar dat het steeds niet
is wat ik bedoelde. Schrijvend weet ik
het zeker. Ik zag mijn

mamma fietsen in de nacht met wapperende
jaspanden en op haar snelle rode fiets,
de banden gevaarlijk dun. Zij

lachte voluit. Iets in me wilde opspringen,
mijn fiets pakken en meegaan. Zij ging
aan mij voorbij, niets bewoog.