Op 8 januari 1981 begon ik aan een brief aan mijn grootvader, die toen bijna honderd was en op sterven lag. Vanaf de eerste zin wist ik dat dit geen brief als de andere was en dat hij misschien nooit in handen van de geadresseerde zou komen. Ik schreef om mijn angst kwijt te raken, want die hoogbejaarde man, de bewaarder van mijn oudste herinneringen, was gereed om afscheid te nemen van deze wereld. Zonder hem, het anker dat me met het domein van mijn kindertijd verbond, leek mijn ballingschap definitief. (………..)

Isabel Allende, uit: Mi pais inventado
vertaald tot Herinnering aan mijn Chili door: Alfred Engelander