Op een cassettebandje zijn stem, een heleboel
Ruis maar ook dat als hij ooit eens weg zou gaan
Het voorgoed zou zijn, daarna aten we witte
Boterhammen met hagelslag, ik dacht dus
Dat het wel meevallen zou, ik breide truien van
Die plastic bruine linten, vergat
Alleen die ene, zijn stem rekt uit, alsof hij
In de hoek van de lege kamer
Zijn arm onder zijn hoofd, aan tafel zit en mij
Aankijkt, onze kinderen bellen oliebollen en
Goede wensen door, whisky en hoe landelijk
Hij nu gelegen is
Het zacht ruisen is warm en groen, ik liet de
Achterdeur open
Mij ontsnapte de wasem, kruitdamp steeg op
Jij ook, zei hij
Elbert Gonggrijp
1 januari 2013 — 12:48
Ach Alja, dan maar de beste wensen en dat je maar een mooi, eigenzinnig en uniek mens mag zijn en blijven in een nog blanco 2013. We’ll meet again. Dit is trouwens alweer zo’n mooi maar enigszins melancholiek begin van het nieuwe jaar. See you soon!
Elbert
alja
2 januari 2013 — 19:36
🙂