U zult me niet horen klagen maar soms valt de status van alleenstaande moeder op bijstandsnivo in onderhavig pand niet mee
Zo moet er vanmorgen een geschiedenistijdsbalk gemaakt worden en hoewel ik u schreef dat ik zielsveel ook van mijn jongste houd, heb ik geen zin in zo’n tijdbalk
Het moet op de computer en we hebben 1 computer en sowieso moet hij geholpen – wil hij geholpen
Mijn jongste heeft rituelen die zorgvuldig betracht moeten worden
Ik zit naast hem als hij huiswerk maakt, liever nog, achter hem met mijn hand op zijn blote rug
Felix ligt dan op bed of aan onze voeten, de boeddhabeelden staan rechts en de wierookstaafjes liggen daarvoor, zijn schriften liggen daaronder terwijl links van hem de stencils liggen en zijn open agenda
Voor hem staan de potloden en verf, de verzameling stenen en het glas drinken, achter hem hangt een paastak aan de muur, bibberend aan het touw waarmee ik mijn jurken bevestig en onder die paastak gluurt een vogel, door hem getekend op de zwarte muur die ik onlangs maakte maar die zo akelig glom dat ik hem overschilderde met schoolbordverf (en en passant dus ook de hele keuken zo deed gezien onze stijging in afspraken de laatste tijd – zie ook de eerste logs ‘muts’ en ‘mutsje’)
Bent u er nog?
We zitten dus genoeglijk en ik moet u zeggen hij heeft steeds minder tijd nodig voor zijn huiswerk en wordt steeds gemakkelijker – ontspannen laat hij mij bij tijd en wijle gaan zodat ik sluip naar de kamer daarnaast waar ik mijn schrijfsels schrijf en soms vind ik de wierook terug in de vensterbank en is zelfs boeddha in al zijn grootheid verschoven

Vanmorgen moet dus die tijdbalk gemaakt en ik leer hem hoe hij makkelijk een kolom kan maken (zodat de vreselijkste herinneringen aan mijn kantoortijd naar boven komen) en hoe hij invoegt en knipt en plakt
Nu weet hij dat allemaal wel maar soms treden er akelige verschuivingen in de tijd op – bijvoorkeur net wanneer ik onderaan de trap gekomen ben op weg naar mijn zaterdagochtendritueel van kranten lezen en koffie drinken
Bovendien wil hij mij zo graag vertellen wat er allemaal gebeurd is en – zie ook mijn gebrekkige topografische kennis alsook mijn afkeer voor techniek, gebruiksaanwijzingen en uitleg in het algemeen – ik wil het niet weten
Ik lees de krant (de Volks) en zit in Marjolijn Februari (het Betoog) als hij me opnieuw roept – nu is er iets met Homerus gebeurd wat niet had mogen gebeuren
David vraagt vanuit het bad welke shampoo hij moet gebruiken en of ik de tijd in de gaten wil houden maar als je met een tijdbalk bezig bent, zijn die minuten inwerktijd (zwarte haarverf, ook hij) niet van belang
Bovendien gaan we uit van de zelfredzaamheid van een puber – hij vraagt vervolgens of hij uit bad mag (zoals hij nog altijd vraagt of hij er in mag, een ei mag bakken of de volumeknop harder kan)
Ik dacht dat ik alle was verwerkt had maar onderaan de trap ligt de zijne – ik maak meteen het bad schoon, vouw de schone handdoeken, vind twee knuffels van hem die bijzonder wit zijn geworden en vergeef hem wat er dan ook vergeven zou moeten worden

Ik scheur in mijn krant, een foto van een gesloopte boerderij, een zwart skelet, teksten als ‘het speeltje afgepakt’ of ‘dat rauwe, ik was meteen verkocht’ alsook ‘een schot hagel waarvan iedereen profiteert’
Ik ben onrustig zoals altijd, ik wil schrijven, ik wil u schrijven, ik wil hem schrijven
Ik beloof de pasta van gisteravond op te bakken als aanmoediging voor het huiswerk-maken maar David heeft geen huiswerk, nooit – terwijl ik bak, verschuift hij de tafel in het atelier – er komt een meisje langs straks die hem voor het afdansen gaat gebruiken en er moet geoefend worden
Terwijl ik de pasta bak, doe ik de achterstallige afwas, snij brood en snoep uit de pan
Het warmt nog, ik kan nog even schrijven, de tijdbalk is geprint – terwijl ik schrijf, klinkt een stuiterbal in de halflege ruimte beneden, een fietsbel voor, een telefoon gaat
Davids vriendje komt kijken hoe dat meisje er uit ziet maar het is nog geen tijd dus kunnen ze nog even een spelletje spelen – hij kan overigens ook dansen hoor – ondertussen eten ze en knijpen mijn ketchupfles leeg
Er is werkelijk niets over van dat wat ik opgebakken heb en het rook afschuwelijk lekker – ik neem de borden mee terwijl ik hen nog wat ketchup achterna spuit, ontdek dat Felix de bol glanzend rood gevonden heeft die ik gisteren gebruikte voor het strikken van mijn nieuwe stapels flyers, word door hem aangevallen van achteren (zwarte kousen, ook nieuw) en verneem dat de wasmachine een geluid heeft dat niet overeenkomt met zijn status
Ik vlucht naar boven, opnieuw gaat een telefoon, ik kan mijn mobiel niet vinden (ik bel u terug!), de voordeurbel gaat en niemand doet open zodat ik de trap in 1 keer neem en Alexander (een andere Alexander) op zijn knieën op mijn stoep vind, bezig met het lappen van mijn ramen en deur
Hij kijkt naar boven en grijnst – leuk rokje, zegt hij en na zes huizen is hij heus toe aan een cappuccino – terwijl we koffie drinken, wordt er opnieuw gebeld
David, gil ik – op de stoep staat een schattig meisje
Ze is twaalf en misschien 1 meter zestig
Barry grijnst – David is eigenlijk Goliath moet u weten
Ik ga maar weer eens, zegt hij
Nu Alexander de overige huizen van deze rij neemt, pak ik u weer terug
Boven hangt een walm van Nivea for Men

(U begrijpt dat ik ‘eenzijdig hengel naar liefde’ en een ‘ontroerend egocentrisch verlangen koester? Neem mij, kies mij, houd van mij’ ?

log van 22 april 2006, getiteld
Nivea for Men