Misschien had ik echt in al die straten gewoond, ramen
opengezet in al die panden, haar verteld terwijl
ik haar voortduwde, met wie ik daar tegelijkertijd was,
hoe de muziek klonk en waar en hoe de
maaltijden waren, had ik haar al gezegd hoe ik op de
tafels danste? Deed ik voor hoe hij
mijn naam spelde op de muur en met tong uit zijn mond
mij neerschreef, zou ze hoofdschuddend zeggen
dat dat helemaal niet de vertaling was, hoe kon ik zo
dom zijn, en zou ik durven
beweren dat die ochtenden waarop je op je werk verscheen
terwijl je niet geslapen had, de helderste
waren? Er waren stegen in de stad waar verhalen ontstonden
en huizen, zei ik, waar schrijvers droomden.
(boek 8, 42.847 woorden)
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x