Now I wish I could write you a melody so plain, That could hold you dear lady from going insane (Bob Dylan, Tombstone Blues)

onveranderd

Uit de duizenden zware knoppen komen nu
zijvleugels alsof ze dadelijk met z’n allen
zullen opstijgen en mij

het uitzicht laten. Lichtgroen en kleverig
omhullen ze nu nog nest en dak, wolk en
schoorsteen, vliegtuig en

regen. De mens er tegenover, gordijnen half,
stoomlucht uit de benauwde hokjes, deuren
toe, drie bloempotten op een rij.

Verlangend naar de uitkomst: grote gespreide
bladvingers en bruine harde vruchten die mij
de mens ontnemen. Zingende

kinderen later onderaan de stam, ook de
moeders bukkend, wrijvend met de buit tegen
jaspand en broekspijp, boodschappen

doend in de natuur. Dat plezier blijft hetzelfde:
een schaal in de vensterbank, dierentuinen
vol onschuldige beestjes, wankel op de poten.
 

« »