De enige afspraak, zegt hij, is het komen:
Van mij en daar

En dat ik mezelf wat wijs maak met berichten
Onder zijn groen stipje

Kaarten in zijn bus, een vierde cake op zijn
Aanrecht

Ik zeg niet ‘vrouwen doen dat zo’ of hoe ik
Bed en lijf verschoon als hij

Misschien onderweg is, hoe ik kleding op
Elkaar afstem terwijl wij

Dus nooit die gelaagdheid noch die nuance
Bereiken

Ik zeg ‘dat is duidelijk’ en voel de kou optrekken
En denk aan een laatste taart

Waaruit vrouw en kaart, stipje en kleur hem
Doen komen