Dan schrijf ik: hoe je heel nodig een plas moet maar
Verschuift op je stoel, je benen verplaatst en niet nooit
Meer eigenlijk

Op wilt staan, dat het uur verdwijnt, het tweede ook
En dat je nog niet jezelf hebt volgezogen met de beelden
Van het doek of

Hoe je de warmte voelt van een ander naast je en bijna
Per ongeluk elkaar raakt terwijl je weet dat het geen
Toevalligheid is of

Hoe je eenmaal weer buiten staand, diep adem haalt
En naar de lucht kijkt en sterren dezelfde zijn als de
Bungelende lampjes aan

De gracht, hoe je niet wilt praten maar toch een woord
Laat ontsnappen of hoe je niet meer hoeft te eten maar
Alleen wilt

Drinken, dat je niet gelooft eigenlijk dat er iemand is
Die je leest of dat je nog steeds heel hard probeert alles
Te begrijpen

En tezelfdertijd niet wilt dat iemand jou begrijpt, niet
Echt zoals het een keuze is een andere taal te kiezen dan
Deze: een gekwebbel achter

Je, een laatste rij, een misplaatste giechel, een winterjas
Een behoedzaamheid die even erg is als spilzucht en
Tot slot een

Zijdelings gegluur, dat wij daar dan blijven zitten, hand
Om pols en alle namen lezen die langzaam glijdend
In dit schrift verdwijnen