Waarom zien we je nooit ergens, zeggen ze tegen mij, wat begraaf je
jezelf daar in dat gat, zeggen ze, geen vrienden geen feestjes geen uitgaan
geen pleziertjes, kom eruit, begeef je eens onder de mensen, laat zien
dat je er bent, geef op zijn minst eens een teken van leven. Waar dan,
zegt hij tegen hen, sta om vijf uur ’s ochtends op
drink een glas koffie schrap en schrijf zes
of zeven regels en dan is de dag al om
en de avond valt om te schrappen.

Amos Oz, Waar ben ik
uit Dezelfde Zee (roman in verzen), vertaald uit het Hebreeuws door Hilde Pach

 

(gelezen 15/1 tot 27/2: Amos Oz, Dezelfde zee, Amos Oz, Een verhaal van liefde en duisternis, Geir Gulliksen, Het verhaal van een huwelijk, Hendrik Groen, Leven en laten leven, Teun van de Keuken, De supermarktsurvivalgids, Mirjam van Hengel, Een knipperend ogenblik: portret van Remco Campert, Simon Carmiggelt, Ik lieg de waarheid: de beste Kronkels, Irvin D. Yalom, Dicht bij het einde, terug naar het begin: memoires van een psychiater, Irvin D. Yalom, Het raadsel Spinoza, Irvin D. Yalom, Nietzsches tranen, Evelien Gans, Jaap en Ischa Meijer: een joodse geschiedenis, Ischa Meijer: Brief aan mijn moeder, Jessica Meijer, Een blik jodenkoeken, Bert Natter, Goldberg, Bert Natter, Ze zulen denken dat we engelen zijn, Bert Natter, Begeerte heeft ons aangeraakt, Eva Hoeke, Als het maar niet op ons lijkt, Marcel van Roosmalen, Het is nooit leuk als je tegen een boom rijdt, Elizabeth Janse Howard, Bevrijding)