Er zijn ochtenden waarop de verbinding niet tot stand
komt, het apparaat twijfelt en stelt mij uit, de
bewaarde zinnen moeten nog langer wachten, nog even
en ik vergeet ze, zoals er momenten zijn
waarop mijn benen de grond niet raken. Boven het bed
de halve droom, onder het matras het lijk,
tussen de open spleten sigarettenrook, op straat een in
de steek gelaten voertuig, pruttelend tot
iedereen plaatsgenomen heeft. In potloodschrift lig ik
groot maar scheef op de werktafel, een
boodschap uit de nacht, ik roffel met mijn handen en
klem mijn voeten op de stoelpoten, tel de
wolken die grijs tussen de bomen hangen, dan licht de
wereld uiteindelijk op, de auto vertrekt.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x