De analyse wijst uit dat ik meer vrouwelijke dan
Manlijke elementen heb in mijn

Werk, ook zijn er sprookjeskenmerken in mijn stijl
Hoewel een tweede onderzoek het

Tegenovergestelde beweert, ik ben manlijk en
Poëtisch door het gebruik van de

Eerste persoon, ik verwijs minder vaak naar Wij
Zingeving en Thuis

Begrippen die vrouwen zouden hanteren, ik ben
Positiever, ook iets dat

Mannen vaker zijn dan de wezens van de andere
Planeet, een derde maal zou ik opnieuw

De nieuwe Wolkers of Lanoye zijn tenzij ik het woord
Mits zou vermijden