Mijn grote zoon vroeg eens of mijn handschrift
Altijd al zo was geweest: het onleesbare

Snelle schrift en de lichte overdrijving in toon
Het haastig samengestelde vers

Alsook de eigenwijze opzet, ik zei van wel maar
Dat het ook

Erger geworden was, hij bedoelde slechts het
Eerste: dat ik geen moeite deed echt

Om gelezen te kunnen worden; het was als met
Het verzoek tot

Een broodje, ik smeerde hem een hele lunch
Bakte er kroketten bij, kookte eieren

Deelde een salade, wees op de appelen in de
Schaal, ik heb ze gezien, zei hij

Zelf deed hij het puntje van zijn tong tussen zijn
Tanden en maakte blokletters