De kleine speelt blijkbaar niet mee in mijn droom
Want als hij mij – gewoontegetrouw – rond middernacht
Komt groeten, schiet ik gillend

Overeind, en als hij mij dan ook nog eens vastpakt
Raak ik boos in paniek hoewel ik net voordat ik hem
Wil slaan

Wakker lijk, de oudste komt verontrust naar beneden
En het is dat de buren op vakantie zijn maar de hele
Straat lijkt verder te

Reageren, de kermisgeluiden zwellen aan, een chauffeur
Start herhaaldelijk en vergeefs, deuren slaan, ruzies
Breken los, honden

Mopperen, dan lacht er iemand in de achtertuin, het
Vuurwerk van de laatste kermisdag gaat te vroeg de
Lucht in en ondertussen

Zit hij daar, mijn kleine en op het voeteneind, met
Grote onschuldige ogen en een vergeefs gebaar dat
Rond mijn enkels streelt