Er zijn natuurlijk dagen dat we vrij zijn, dat we tegen ons zelf en
de denkbeeldige ander roepen ‘vakantie’,

waarbij we meteen hopen dat we niet ergens naar toe hoeven en
ons ritme met een kwartiertje weer gewoon

normaal zal zijn. We kunnen misschien iets extra’s eten of linksom
in plaats van rechtdoor, de ochtend beginnen

in de enige luie stoel of op het balkon onder een paraplu of zomaar
met een toetje beginnen, een van de vrijheden

die we ons verwierven zodra we groot waren. We spelen dat we
detective zijn, een onderzoeker van welke

vergelijkende waren dan ook en als we zestien afleveringen van die
serie zien, voelen we ons zoals

de hoofdpersoon die overigens wel reislustig is maar verder verdacht
veel op ons lijkt. In zijn agenda staat een omcirkelde A.