Het moment dat zij spoorslags verdwijnt, de rust
die zij achterlaat, het strekken en wentelen dat
daarna ruimschoots plaatsvindt,
die vrede. Niet meer de handen behoedzaam op
haar plek, niet meer de knieën hoog getrokken
of op handen en voeten naar
elke doorwaadbare plaats. Niet meer na elke bocht
fietsend de benen loslaten, niet meer kromgebogen
over het stuur proberen te zien waarheen
men rijdt, niet meer het tempo verliezen. Niet nog
eens mijn eigen polsen vastgrijpend of vingers in
elkaar hakend de litanie stamelen of
niet vaker dan anders. Het gebed terugvinden nu
het over is: haar aanval, haar druk, haar bijna
voorzichtig plagen, haar gejengel
ook, haar aandacht vragen, haar in herinnering
brengen, haar smeken. Dan haar vergeten, haar
uitlachen, haar klein maken: de pijn.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x