Mijn wit gebaar, een vlag zwaaiend vanachter
Een zelf opgeworpen heuvel, een voetstap

Traag op de weg tussen ons, hoog opgetrokken
Benen die over het puin stappen

Wordt een zwarte hand die afgeeft op het lijf
Een geblakerd symbool

Schudt met veren, met pek, verwijdert zichzelf
Rolt zich weer ineen achter die berg zand

Hij tuurt vanuit de verte, lost zijn schoten, draait
Zich dan om